Asbeststukjes vormen enkel een risico indien ze asbestvezels vrijstellen die in droge omstandigheden kunnen opwaaien en ingeademd worden. De vrije asbestvezels die mogelijk tijdens de brand vrijkwamen, zijn onmiddellijk sterk verdund in de lucht en zelden detecteerbaar.
Bij een eenmalige blootstelling is het risico sowieso verwaarloosbaar. Werknemers die vaak professioneel met asbest werken, dragen omwille van het risico op regelmatige blootstelling speciale bescherming. Overal zitten er een beetje asbestvezels in de lucht die we inademen. Die achtergrondconcentratie is maximaal
200 vezels/m3 . Dat is gelukkig een lage concentratie, waardoor we ons hier geen zorgen over hoeven te maken.
Het inademen van extra vezels moet je wel zoveel mogelijk vermijden. De kans dat u ziek wordt, stijgt met het aantal keer dat u blootgesteld wordt, de duur van de blootstelling en de concentratie van de vezels in de lucht. De kans dat na één blootstelling ziek wordt, blijft echter verwaarloosbaar.
U kunt zich niet laten testen om te onderzoeken of men asbestvezels heeft ingeademd. Een medisch onderzoek onmiddellijk na een vermoeden van blootstelling heeft dus absoluut géén zin, zeker niet als het om een toevallige of eenmalige blootstelling gaat. Zelfs als u op dat moment in contact kwam met vrije asbestvezels, is de kans immers verwaarloosbaar klein dat u er ziek van wordt. Bovendien is er bij asbest een ‘latentietijd’ van gemiddeld 40 jaar tussen blootstelling en ziekte. Dat wil zeggen dat eventuele ziekteverschijnselen pas vast te stellen zijn gemiddeld 40 jaar na het inademen van vrije asbestvezels. Asbestziekten geven dus nooit ziektetekens of symptomen die op korte termijn na de blootstelling opgespoord kunnen worden.